Een echte Home&Garden-liefhebber heeft natuurlijk ook een bezoekje aan Lenteflora op haar/zijn lijstje staan tijdens de Valentijnsdagen.
Lenteflora is de jaarlijkse huisbroei- en bloemententoonstelling van voorjaarsbloemen in Lisse die dit jaar van vrijdag 17 februari tot en met maandag 20 februari plaatsvindt. En dit jaar (2023) pakken ze extra uit want Lenteflora viert dit jaar maar liefst haar 90-jarig jubileum!
Wie goed in rekenen is, heeft al snel bedacht dat als Lenteflora dit jaar 90 jaar bestaat, dat het moet zijn opgericht in 1933…. En dat klopt!
Dit is een feit waar ze bij Lenteflora reuze trots op zijn.
Niet alleen omdat het wijst op een hele goede onderlinge samenwerking bij de organisatie, en een constant onverminderd succes bij het publiek, dat het zo lang heeft mogen bestaan. Maar ook omdat Lenteflora zich hiermee de oudste bloemententoonstelling van Nederland mag noemen.
En dat is een medaille die ze met eergevoel dragen bij Lenteflora.
Vandaar dit jaar de extra speciale show die ze organiseren, ook al is het natuurlijk een show zoals men altijd wel gewend is geweest van ze: van een hoge kwaliteit en met een veelzijdigheid aan kleur. De insteek van de show is het op een plezierige en interactieve manier onder de aandacht brengen en houden van de bloembollencultuur van Nederland.
En wat zijn we met z’n allen trots op onze bloembollencultuur in de Bollenstreek. Het is één van de dingen die ons kleine landje Nederland groot heeft gemaakt op het wereldtoneel.
De Bollenstreek -waar het dorpje Lisse gevestigd is- staat wereldwijd bekend als het grote centrum van de Nederlandse bloembollenteelt. Dat middelpunt is het niet altijd geweest.
Oorspronkelijk ontstond de bollenteelt in Nederland aan het eind van de 16e eeuw rond de zandgronden van Haarlem. Van de 17e tot eind 19e eeuw was het dan ook Haarlem die bekend stond als het centrum van de bloembollenteelt.
Bloembollen waren in die tijd nog een luxeproduct voor de rijke Haarlemmers, dat op kleine schaal geteeld werd. Maar door de ontwikkeling van slimmere methodes kwamen de bloembollen in de negentiende eeuw uiteindelijk ook binnen het bereik van de minder rijke groepen, waardoor de vraag naar bloembollen steeg.
Toen tijdens de tweede helft van de 19e eeuw de export naar het buitenland op gang was gekomen en hiermee een nog grotere vraag ontstond voor echte Hollandse bloembollen, bleken de tuinbouwgronden bij Haarlem hier niet toereikend meer voor.
Dat was het moment dat tuinders uit Haarlem hun kwekerijen begonnen te verhuizen. Eerst kwamen ze terecht in Heemstede en Bennebroek. Maar toen ze ook daar uit hun schoenen groeiden, begon de grote verhuizing richting het zuiden, waar toendertijd nog genoeg ruimte was.
Grote bloembollenkwekerijen ontstonden zodoende in de tweede helft van de 19e eeuw in de steden Hillegom, Sassenheim, Voorhout, Warmond, Noordwijkerhout, Noordwijk, en Lisse, de steden die vandaag de dag nog steeds gezamenlijk bekend staan als de Bollenstreek. Ooit waren het met name boeren die in deze dorpjes woonden, maar met de intocht van de bloemenkwekers, zijn ook zij uiteindelijk overgestapt naar deze nieuwe lucratieve en typisch Hollandse business.
Lucratief is het telen van bloembollen ook altijd gebleven. Vandaag de dag trekt de Bollenstreek met bloeiende tulpen, narcissen, krokussen en hyacinten miljoen toeristen uit alle hoeken van de aarde. Vooral de tulp is door hen het meest geliefd, de typisch Hollandse bloem waar de Bollenstreek het meest bekend om staat.
De Keukenhof en het Bloemencorso gedijen altijd goed bij al die aandacht. Net als Lenteflora. Zorg ook jij dat je er dit jaar bij bent? Laat ons na afloop dan weten hoe het was! En stuur het liefst ook wat leuke fotootjes door. Wie weet komen ze dan wel -met je toestemming- bij ons terecht op onze Instagram zodat iederéén ze kan bewonderen!
Het beste voor binnen & buiten Bestel de nieuwste Home & Garden Word abonnee
